Energiebesparing en duurzaamheid staan hoog op de agenda van de woningcorporaties. Daarom tekenden de minister, Aedes, de Woonbond en Vastgoed Belang op 28 juni 2012 het geactualiseerde ‘Koepelconvenant Energiebesparing Gebouwde Omgeving’. Daarin staan hun gezamenlijke ambities en doelstellingen.
Aedes, de vereniging voor woningcorporaties, tekende ook twee deelconvenanten:
De 2,4 miljoen corporatiewoningen moeten in 2021 gemiddeld energielabel B hebben. Daarmee besparen ze tussen 2008 en 2021 maar liefst 33 procent energie.
Duurzame energie
Corporaties willen hun woningen graag verduurzamen. Dat kunnen ze dankzij het vernieuwde convenant. Daarin is veel aandacht voor duurzame energie. Een voorbeeld is de toepassing van zonnepanelen voor complexen met huurders en eigenaren. Het kabinet wil de collectieve invoering van duurzame energie bevorderen. Daarvoor worden wettelijke, financiële en fiscale knelpunten en belemmeringen zo snel mogelijk weggenomen. De verschillende partijen maken ook een plan om een eind te maken aan ‘slechte’, niet-groene energielabels van woningen.
Huurgarantie met woonlastenwaarborg
Onderdeel van het energieconvenant is de woonlastenwaarborg. Dat betekent dat woonlasten voor huurders – gemiddeld voor het hele complex – zullen dalen. De huur gaat wel omhoog, maar de energiekosten gaan omlaag dankzij de energiebesparende maatregelen.
De woonlastenwaarborg bestaat uit een stappenplan en een rekenmodel. De regeling is opgesteld door Aedes en de Woonbond.
Met speciale subsidieregelingen voor de VvE wordt het eenvoudiger om energiebesparende maatregelen uit te voeren. Voor de VvE zijn er ook meer mogelijkheden om geld te lenen voor de financiering van de maatregelen.
VvE’s kunnen een subsidie krijgen tot 75% van de kosten voor een energieadvies, een groen MJOP en procesbegeleiding. Er geldt een maximum aan de subsidie. Dat maximum wordt bepaald op basis van het aantal koopwoningen binnen het complex. Het maximale bedrag is nooit hoger dan € 3.450.
Er moet heel wat worden uitgezocht als een VvE energiebesparende maatregelen wil nemen. Een goede adviseur is dan onmisbaar.
Na een lang traject is er dan hopelijk een voorstel om energiebesparende maatregelen te nemen. Dan moet het voorstel nog naar de algemene ledenvergadering van de VvE. Het is niet eenvoudig om zo’n voorstel vlot door de ALV te loodsen. Ook daarvoor kunt u wel wat hulp gebruiken.
Tip: voor die advieskosten kunt u een aantrekkelijke subsidie krijgen!
Daarnaast kunt u subsidie aanvragen voor het nemen van minimaal twee energiebesparende maatregelen aan het gebouw (isolatie en beglazing). Die moeten dan binnen een jaar worden uitgevoerd.
Een VvE die al een groen MJOP heeft, heeft waarschijnlijk geen advies nodig. Ze kan ook subsidie aanvragen voor het nemen van minimaal twee energiebesparende maatregelen. Die kan ze uitvoeren op het meest geschikte moment. Het gaat dan om maatregelen die genoemd zijn in de regeling. De ALV moet toestemming geven voor dat besluit.
Sinds juni 2015 kan een Vereniging van Eigenaars de VvE Energiebespaarlening aanvragen als ze energiebesparende maatregelen wil nemen.
Dan gaat het bijvoorbeeld om gevelisolatie, dakisolatie, vloerisolatie, isolerend glas, een zuinige cv-ketel of warmtepomp en een zonneboiler. U kunt ook de kosten voor een maatwerkadvies meefinancieren.
Let op: de aankoop van zonnepanelen mag maximaal driekwart van het bedrag van de lening uitmaken. Met de lening kunt u meer dan één maatregel financieren.
De volgende voorwaarden gelden (naast de reguliere Energiebespaarlening voor huiseigenaren):
Sinds 1 januari 2015 moet u een energielabel overhandigen bij de verkoop, verhuur of oplevering van een woning. U bent zelf verantwoordelijk voor de juistheid van de gegevens op het energielabel.
Het energielabel is ingevoerd volgens een Europese richtlijn, de Energy Performance of Buildings Directive.
De overheid hoopt dat woningeigenaars zich op deze manier realiseren hoeveel energie ze verbruiken. Het is de bedoeling dat ze energiebesparende maatregelen nemen.
De meest energiezuinige woningen krijgen energielabel A+++. Energielabel G staat voor de minst energiezuinige woningen. Een energielabel is 10 jaar geldig.
Voor appartementen gelden dezelfde regels voor het energielabel als voor woningen die geen onderdeel zijn van een VvE.
Een appartementseigenaar is dus ook individueel verantwoordelijk voor het energielabel van de woning. Soms is het goedkoper om samen met de andere eigenaars een energielabel aan te vragen. Dat gebeurt dan op basis van representativiteit. De deskundige mag bij identieke woningen gebruik maken van één representatief appartement.
Woont u in een appartementencomplex of hebt u op een andere manier een gedeeld dak op uw eigen woning? Dan zijn zonnepanelen misschien ook voor u interessant.
Voor leden van een VvE zijn er twee mogelijke constructies om de opbrengst van zonnepanelen te delen met andere leden.
Sinds 1 januari 2014 is er een nieuwe regeling voor de aanschaf van zonnepanelen: de Postcoderoosregeling. Die maakt de aanleg van een installatie voor zonnestroom door de VvE aantrekkelijker.
De postcoderoos is het postcodegebied waarin de zonnestroominstallatie staat, plus de postcodegebieden die daar direct aan grenzen. Deze gebieden moeten allemaal dezelfde vier cijfers hebben.
Sinds 2016 hoeft de installatie niet meer in het midden van een zogenoemde postcoderoos te staan. Ze mag ook in een van de 'blaadjes' staan. Ook in de randen van de postcoderoos kunnen dus installaties voor energieopwekking worden geplaatst. De postcoderoos is zo een 'postcoderups' geworden.
Leden van coöperaties of Verenigingen van Eigenaars kunnen profiteren van belastingkorting. Dan moeten ze wel in de postcoderoos van de productie-installatie wonen. Sinds 1 januari 2016 geldt een verlaging van het energiebelastingtarief: van de eerste schijf voor elektriciteit (tot 10.000 kWh) tot vrijwel nul voor de gezamenlijk opgewekte hernieuwbare energie. Deze regeling geldt voor kleinverbruikers (zoals VvE’s) die samen eigenaar zijn van een productie-installatie.
De verlaging van het tarief van de eerste schijf tot vrijwel nul geldt voor de persoonlijke energierekening van de leden. Het maximale verbruik is 10.000 kWh per jaar. Leden hebben met deze regeling lagere kosten, en de coöperatie heeft inkomsten van de verkochte stroom.
Kijk voor meer informatie op www.hieropgewekt.nl of bekijk deze film op het evenement van Hier Opgewekt in november 2015.
Met de aansluitcalculator van netbeheerder Liander kunt u berekenen hoe het gebruik van de Postcoderoosregeling voor u en uw VvE uitpakt. U krijgt informatie over de kosten voor de netbeheerder, de hoeveelheid opgewekte energie die kan worden opgewekt, de verwachte terugverdientijd én de benodigde investering.
Soms produceren zonnepanelen stroom op een moment dat de eigenaar geen stroom gebruikt. Die stroom wordt dan geleverd aan het elektriciteitsnet. De energieleverancier verrekent de levering vervolgens met uw elektriciteitsrekening: dat heet salderen. Hij betaalt u daarvoor dezelfde prijs als u betaalt voor uw stroom (gemiddeld 20 cent per kWh; prijspeil 2017).
Energiebedrijven moeten het geldende stroomtarief vergoeden voor alle elektriciteit die een huishouden met zonnepanelen aanlevert. Inclusief energiebelasting en btw. Dat geldt alleen als de opgewekte hoeveelheid stroom kleiner is dan het eigen verbruik.
Deze saldering van duurzaam opgewekte elektriciteit geldt alleen voor kleinverbruikers, zoals huishoudens, scholen, Verenigingen van Eigenaren en sportparken.
Bij een VvE wordt gekeken naar het totale gezamenlijke stroomverbruik. De individuele leden komen dan niet in aanmerking voor salderen.
Dat kan wél als een stroomverdeler wordt gebruikt. Daarmee wordt salderen voor individuele leden wel mogelijk. De stroomverdeler verdeelt de geproduceerde stroom over de individuele aansluitingen.
Op internet vindt u onder 'stroomverdeler zonnepanelen' diverse aanbieders.
'Ik ben huurder en ik wil zonnepanelen’
Ik ben huurder in een complex met een VvE, en ik heb al verschillende keren een brief gestuurd aan het bestuur van de VvE. Ik wil namelijk graag dat er zonnepanelen op het dak worden geplaatst. Het VvE-bestuur houdt de boot af. Wat kan ik doen om die installatie op het dak te krijgen?
Het klinkt onaardig maar de VvE heeft in principe niets te maken met wensen van huurders. Huurders moeten hun wensen voorleggen aan hun verhuurder. Dat kan een eigenaar van een enkel appartement zijn maar in veel gevallen is er een zogenaamde grooteigenaar. Dat is vaak een woningcorporatie of een belegger die het beheer van de woningen uitbesteedt aan een beheerder.
Een grooteigenaar moet – voor hij instemt met het verzoek – overleg plegen met zijn huurders. Bij zaken als verduurzaming moet 70 procent van de huurders akkoord gaan met het voorstel, want dat kan voor hen een kostenverhoging betekenen.
Iedere woning heeft wel plekken die niet goed geïsoleerd zijn. Er gaat warmte verloren via de ramen, de muren, het dak en de vloer. Een isolatielaag of dubbel glas vermindert het warmteverlies en verbetert het wooncomfort. Uw energierekening wordt lager en het milieu profiteert mee!
De prijzen van energie blijven stijgen. Investeren in isolatie is daarom slim. In een goed geïsoleerde woning hebt u ook veel minder last van geluidshinder.
Meteen aan de slag met isolatie van dak, gevel en vloer? En meteen ook isolerende beglazing? Dat mag u als appartementseigenaar niet zelf laten uitvoeren. Het moet gemeenschappelijk gebeuren. U hebt er een besluit van de vergadering van eigenaars voor nodig.
Tip: zet energiebesparing op de agenda van de eerstvolgende vergadering. De eerste stap in de goede richting!
Veel gemeenten in Nederland hebben een energieloket. Daar kunt u terecht met uw vragen over energiebesparing. U krijgt ook tips voor het energiezuinig maken van het appartement en het gebouw. Gemeenten, bouwbedrijven en installateurs werken samen in het loket. Zij helpen u met het nemen van maatregelen om appartementen en gebouwen energiezuinig te maken.
Er zijn al meer dan 200 gemeenten met een lokaal of regionaal energieloket. Wilt u weten of er in uw regio een energieloket is? Klik hier.
Wilt u een oplaadpunt plaatsen op het terrein van uw VvE? Dan zijn er twee mogelijkheden.
Meestal kiest één persoon ervoor om een oplaadpunt te installeren voor zijn elektrische auto. De kosten komen dan natuurlijk voor zijn rekening. Besluit de VvE dat er meerdere gezamenlijke oplaadpunten worden geïnstalleerd? Dan worden de kosten gedeeld.
Per VvE kunnen de regels voor gemeenschappelijke installaties in het splitsingsreglement verschillen. Raadpleeg daarom altijd de splitsingsakte van uw VvE.
In deze brochure vindt u een stappenplan met informatie over de plaatsing van laadpalen.